Na een lange hete zomer met plakkerige ijsjes en zand tussen de tenen, waren we toe aan een citytrip zonder kids. En dan is Antwerpen altijd een goed idee. Want nergens anders in West-Europa vind je zoveel erfgoed, koffiebars en bohemian gardens op een kleine oppervlakte. En last but not least: een fashion scene de naam waardig.

Voor de gelegenheid hadden we twee nachten geboekt in de B&B Droom+Daad in Borgerhout. Voorwaar, we opteerden voor het District Borgerhout. Zouden we dan een heel weekend lang de Koekenstad links laten liggen? Zou dat lukken… ’t Stad letterlijk links laten liggen? (Het ging gewoon vanzelf en dat was een aangename verrassing.)


Droom+Daad was al sinds 2010 het geesteskind van Bie Franken en Ton Jansen. Hun unique selling point? Antwerpen promoten via Borgerhout en omgekeerd: daar zijn ze jarenlang zoet mee geweest, tot en met de dag waarop wij aankwamen. Geheel toevallig hadden we er een legendarisch weekend uitgekozen. Na meer dan acht jaar vol passie en gastvrijheid werd Droom+Daad overgelaten aan een nieuw gezin. De ‘overdracht’ stond par hasard gepland tijdens ons verblijf.

De oude én de nieuwe eigenaars (Chantal en Christian) zouden ons de eerste avond op sleeptouw nemen. Eerst naar een tapasbar, twee straten verderop, Bar Luca. En daarna op kroegentocht. Het was heerlijk om zien hoe Chantal en Christian geïnspireerd werden door Bie en Ton. Voor zover dat nodig was, want ook bij Chantal en Christian zat/zit de passie voor Borgerhout er van nature ingebakken. Ze stonden te popelen om de nobele missie verder te zetten, en vier jaar later doen ze dat nog steeds met evenveel schwung.
Op 27 oktober 2018 verscheen mijn reportage over Borgerhout (en Droom+Daad) in De Standaard:
Borgerhout wordt weleens gezien als een uitvalsbasis om Antwerpen te ontdekken. Zo waren we zelf ook vertrokken met een to-dolijstje voor de ‘echte’ stad, want die ligt op fietsafstand van de B&B. Lekker makkelijk, dacht ik, we kunnen naar mijn lievelingsbuurt fietsen, rond de Lombardenvest, en misschien ook naar ’t Zuid en naar het jodenkwartier waar we ooit woonden.
Enfin, we besloten om ons eerst te laten verrassen door de buurt rond de B&B. Toch voor even. En zo stelden we op zondagavond vast dat we 48 uur lang in Borgerhout zijn blijven hangen.


BoHo 2140
Ooit werd het Borgerokko genoemd, je kon er vastgoed kopen voor een prikje, de brave burgers trokken er weg, kunstenaars en andere creatievelingen begonnen er grote pakhuizen op te kopen. Zo gaat dat wel vaker met achterstandswijken rond grote steden. In het kielzog van de early adopters kwamen er jonge hipsters en ook gezinnen in Borgerhout wonen. De vastgoedprijzen zijn gestegen, maar blijven binnen de normale perken. Gentrification en hipsterfication, voor een stuk wel… maar ik heb niet het gevoel dat sociaal zwakkeren hier worden weggejaagd.


De schimpnaam ‘Borgerokko’ had een geuzennaam kunnen worden, met trots gedragen door de bewoners, misschien klonk het niet divers genoeg. De vereniging van handelaars koos voor Boho 2140, met een edgy New Yorkse vibe erin, naar analogie van SoHo, Nolita en TriBeCa, waar hipheid hand in hand gaat met afkortingen en windstreken.
Voer voor kommaneukers
Zelf ben ik een stadsmens in hart en nieren. En daarbij geef ik de voorkeur aan steden die nogal chaotisch zijn, liefst ook een beetje patser-achtig. Voor mij is Borgerhout een topper.
Ton, de vorige gastheer van Droom+Daad, is verknocht aan Borgerhout. Hij stelde voor om ons al fietsend wegwijs te maken in zijn BoHo, uiteindelijk nam hij ons een hele zaterdag op sleeptouw en hebben we ons geen seconde verveeld. We vielen van de ene ‘wauw cool’ in de andere.

De B&B bevindt zich in een zijstraat van de Kerkstraat. Van daaruit fietsen we richting Turnhoutsebaan. Als liefhebber van patserige buurten vind ik de Turnhoutsebaan best OK, het heeft iets gezelligs en mediterraans, maar je kan het niet meteen een fietsparadijs noemen. Je moet er slalommen tussen (drie)dubbel geparkeerde camionetjes die nu eenmaal bij de lokale bedrijvigheid horen. En de verkeersregels worden hier net iets breder geïnterpreteerd. Al bij al is dit de enige straat in Borgerhout die de vooroordelen van de criticasters bevestigt. En misschien wel op een vrij hardnekkige manier?
In principe hoef je niet te fietsen langs deze drukke invalsweg. Recent zijn er veilige fietsstraten aangelegd, parallel aan deze hoofdas. En sinds 2015 heb je een heuse metrolijn die Borgerhout verbindt met alle andere must-do’s in Antwerpen.
Patsers en foodies
De BoHo-chic adresjes bevinden zich links en rechts van de Turnhoutsebaan. Als ik mijn eigen gevoel volg, dan ga ik naar links, daar heb je de achterkant van de Roma, met de Zeno X Gallery, en verderop het gezellige Moorkensplein met Mokkakapot en Café Mombassa. Maar de eyecatchers en publiekstrekkers bevinden zich wel degelijk aan de rechterkant van de verkeersader, in de buurt van de Kerkstraat. Alles ligt hier op fietsafstand van mekaar, en zo reden we door naar de graffiti-muur van Matthias Schoenaerts, waar ik toch even wilde stilstaan, fiets aan de hand. Het kunstwerk uit Patser (de film) blijft op je netvlies hangen. Het straalt iets mysterieus uit, ongrijpbaar… alsof al het creatieve talent van Borgerhout hier zit samengebald, in een straat die op een plein lijkt. Of is het omgekeerd.

Nauwelijks 400 meter verder zit je in de stationsbuurt en daar arriveer je alweer in een andere wereld. We hebben zelf nog in het diamantkwartier gewoond, vandaar dat ik de buurt rond de Sun Wah vrij goed ken. Maar ik was aangenaam verrast om er een nieuwe landmark te zien: de overdekte markt Criée. Eigenlijk was er altijd al een supermarkt op de Van Wesenbekestraat 24. Tot en met 2016 was dat een banale Spar, maar het pand zelf had heel andere troeven, zoals de sierlijke dak- en draagconstructie uit 1904. En het zijn nu net deze historische elementen die in 2017 een facelift ondergingen. Zo is het een hedendaagse souk geworden, zonder klassieke rayons, maar met belevingshoekjes.
Het publiek in de Criée is even divers als buiten op straat. Vlaamse foodies en Aziatische wereldburgers winkelen vrolijk door elkaar. Voor deze laatste target group is er een verstoog met speciallekes, zoals baarmoeders van boerderijdieren. Mooi dat al die werelden samenkomen op een nieuwe, iconische plek.

Terugfietsen deden we via het De Coninckplein, compleet gehuld in Afrikaanse geuren. De Angolese gemeenschap hield net een buurtfeest met barbecue, onder de rode tentjes van Stad Antwerpen. Eigenlijk is hier altijd een feestje aan de gang, wanneer je ook komt… De ene keer zie je Congolese schones defileren voor een modeshow, op andere avonden wil je direct meeswingen op de bruisende beats uit pakweg Ghana of Mali.

Swingend BoHo
Er was zoveel te beleven en bovendien hadden we een geweldig zonnig septemberweekend uitgekozen. Dat maakt dat we heel weinig tijd in de B&B hebben doorgebracht.
Ergens was dat jammer, want Droom+Daad is een toplocatie waar je kan chillen in een fijne zithoek of op het zonovergoten terras. Maar de tijd die we er doorbrachten was zalig en voor herhaling vatbaar: slapen als een roos en daarna genieten van een lekker en royaal ontbijt. En tussendoor gezellig bijbabbelen met Christian die het ontbijt serveert. En dan maar beleefd om een stevige koffie vragen… ondanks de verkwikkende nachtrust, stond ik telkens op met een houten kop. We hadden ons namelijk twee avonden op rij in het ‘uitgaansleven’ gestort. En dat was toch een fijne verrassing, in Borgerhout wordt er net zo hard gefeest als in Antwerpen-Zuid. Ons kent ons, zonder dikdoenerij.

Zo zijn we op vrijdagavond tot in de vroege uurtjes in Bar Bakeliet blijven hangen. En ook aan Bar Luca koesteren we fijne herinneringen. De ‘oude’ en de ‘nieuwe’ uitbaters van Droom & Daad namen ons mee uit eten naar deze sympathieke tent. Ze vonden het een prima introductieplek… om Borgerhout op een levensechte manier te leren kennen. En het was meteen een schot in de roos, met tapas, goeie Spaanse wijnen en ook nog eens een uitgebreide Belgische bierkaart. Het zijn grote tapas: goed gevulde bordjes die ze in Spanje raciones noemen. Hoe groter het gezelschap, hoe meer gerechten je kan uitproberen: van Spaanse kroketjes tot Vietnamese spiesjes en zovéél soorten hummus dat je de tel kwijtraakt.

En op zondag? Toen was het 25 graden en zochten we wat verkoeling bij de waterpartijen in Park Spoor Noord. Daar waren net salsalessen aan de gang… met een Corona en Caipirinha aan onze strandzetel was het plaatje compleet. Antwerpen-Noord met een Latino-schwung, zalig.

Print-versie in De Standaard van 27 oktober 2018:
